Dag 21: Flogny-la-Chapelle - Chablis (26 km - 537,8 km)

Het regende al een tijdje toen ik deze morgen de deur van de vestiaire van het ‘Stade’ van Flogny achter mij dichttrok. De eerste kilometers loop ik langs het Canal de Bourgogne, een kanaal dat nog steeds door de pleziervaart gebruikt wordt. Het kanaal is 242 kilometer lang en telt 189 sluizen. Ik moet het kanaal maar volgen tot even voorbij de eerste sluis die ik tegenkom. Langs het jaagpad staat het gras zeker 30 cm hoog, dus mijn getten komen goed van pas. Maar na een kwartiertje is alles tot onder mijn knieën toch gewoon nat, te veel is te veel. Het Boergondische landschap is toch anders dan dat van de Champagne.










 Ik voel dat de hellingen nu een kilometer of een veelvoud ervan duren, terwijl dat in de Champagne steeds slechts enkele honderden meters was. De grond is ook helemaal anders, die plakt aan je schoenen en is er niet meer af te krijgen. Elke stap zak je 2 à 3 cm in de bodem en als je je voet opheft blijft die 2 cm grond ook aan je zool plakken. Bij een volgende stap in kleine kiezelsteentjes blijven die er ook weer in plakken, en zo groei je elke stap een beetje.




















 In Bernouil houd ik een eerste keer halt. Ik kom er Harry en Anna tegen. Wij zullen vandaag enkele keren haasje over spelen in functie van de rustperiodes. Iedereen loopt zijn eigen tempo en er is geen behoefte om samen te lopen. Vanavond slapen wij toch weer op hetzelfde adres in Chablis.




















 Mijn tweede pauze neem ik in Vézannes waar ik in een schuilhutje kan zitten. Ik heb namelijk de gewoonte om op regelmatige tijdstippen mijn schoenen en kousen even uit te doen om mijn voeten te laten opdrogen. Voor mij is dit de garantie om blaren te vermijden. Maar ik stel vast dat mijn rechterkous helemaal nat is, ik kan ze uitwringen. Oh nee, dat is niet goed, en ik moet nog 12,3 kilometer afleggen. Er zijn een paar mogelijkheden. Of ik zit met een lek in  het GoreTex-membraan en dat zou zeer erg zijn (herinner u mijn verslag van gisteren), of ik heb mijn getten slecht aangebracht en het water is in mijn schoen gelopen, of de schoen is zo verzadigd met water dat zelfs GoreTex niet meer helpt. Wat het ook is zal de toekomst moeten uitmaken maar dit baart mij toch zeer grote zorgen, ik heb geen reserveschoenen bij. Droge kousen aandoen is nu geen oplossing want dan heb ik tegen mijn aankomst in Chablis geen enkel droog paar meer, en morgen is er een nieuwe dag met dik 31 kilometer voor de boeg. Ik kruip dus terug in  mijn natte kousen, gelukkig merinowol, dus dat voel je bijna niet, ik ik zet er flink de pas in. Wanneer ik op een picknickplaats in Chablis aankom zijn mijn voeten helemaal wit afgetrokken, maar ik heb gelukkig geen schade opgelopen. Ik ben nu vlug in de stad en ga op zoek naar het parochiehuis in de Rue Benjamin Constant 13. Magda had dit al opgezocht op Streetview vond op het adres en vrij bouwvallig huis, zij vroeg zich af of het adres wel juist was. Maar het was spijtig genoeg juist. Binnen ziet het er even bouwvallig uit als aan de buitenkant, alles is hier antiek en/of kapot en proper was het er ook niet. Voor 17 euro is dit echt schandalig, pelgrims zijn ook mensen. Zulke locaties horen niet thuis in de gids. Terwijl ik dit zit te schrijven ben ik nog steeds aan het twijfelen of ik hier wel een douche ga nemen, en voor morgen ben ik een fles water gaan kopen omdat er een stevige chloorsmaak aan het water zit dat uit de kraan komt. Ik lig deze nacht weer op de grond omdat het bed kapot is, lakens zijn er niet, dus eigenlijk heb ik enkel een dak boven mijn hoofd voor de 17 euro die ik betaal.




Vanavond is het spellenavond van kwb Spelcarrousel, spijtig dat ik er niet kan bij zijn. De jonge garde heeft de fakkel overgenomen en ik ben er gerust in. Benieuwd wie er vanavond met groen speelt, ik hoor het wel.












Nu is het tijd om een stukje te gaan eten en een Chablis’tje te drinken. Gezondheid!