zaterdag 27 juni 2015

Dag 92: Melide - Arzúa (13,9 km - 2223 km)

Minder dan 50 kilometers te gaan en nog drie stapdagen. Vandaag doe ik een korte etappe, slechts een kleine 14 kilometers. Uitbollen noemen ze dat, maar eigenlijk heeft het veel te maken met de dag dat ik in Santiago wil aankomen en het ontbreken van voldoende herbergen tussen de steden. Ik denk dat er voor de laatste kilometers een embargo is voor albergues. Hotels zijn er wel te vinden, maar dat vind ik te duur. Heeft het te maken met de golf pelgrims die Santiago zal overspoelen of zijn er andere redenen, ik weet het niet. Maar het maakt wel dat ik mijn laatste dagen niet kan plannen zoals ik dat graag zou willen. Morgen zijn er twee er mogelijkheden: ofwel ga ik naar O Pedrouzo (rest 20 km) ofwel ga ik naar Monte del Gonzo (rest 5 km). Voor de twee mogelijkheden valt wel iets te zeggen. In het eerste geval is de spreiding van kilometers het beste maar zit ik rond de middag weer werkloos in een herberg of in een stadje waar niet veel te zien is. In het andere geval sluit ik af met een dagetappe van ruim 31 kilometers om de dag nadien heel vroeg in Santiago aan te komen want slechts 5 km. Ik zal er nog eens over nadenken en morgen, waarschijnlijk onderweg een beslissing nemen.





















Ondertussen zijn wij vandaag, zaterdag en neem ik alle tijd om op te staan en te ontbijten in de herberg. Ik vertrek om 8 uur, dus vandaag geen zonsopgangen. Door dit late vertrekuur heb ik de indruk dat ik helemaal alleen loop, het is een raar gevoel, gedurende zeker een uur kom ik niemand tegen. Even buiten Melude passeer ik de 50-kilometerpaal en de Santa Mariakapel (of kerk). Een vrijwilliger heet er ons welkom en gidst ons door de kerk, Engels, Frans of Spaans, hij kent zijn les goed vanbuiten. De mooie Romaanse kapel heeft enkele oude pronkstukken zoals het VIII-ste eeuwse altaar en XII-de eeuwse muurschilderingen.










































Verder passeren wij nog een wasplaats zoals wij in Frankrijk er in elk dorp wel eentje tegenkwamen.














Boente is ook weer zo'n authentiek dorpje zoals ik gisteren in mijn blog beschreef. Ook hier in het kerkje zit een vrijwilligster om uitleg te geven. Ik heb het met haar over het taalgebruik in de streek en hoe dit in de school aangeleerd wordt. Ik heb al langer door dat het Galicisch ook een officiële taal is in Spanje. Het Galicisch nijgt wat meer naar het Portugees maar toch zijn er nog veel belangrijke verschilen. Ongeveer 70 % van de bevolking zou deze taal spreken. Dus Galicisch is een van de vier officiële talen in Spanje buiten Catalaans, Baskisch en Castiliaans. En ik hoop dat ik mij hiermee geen banbliksems van de Spaanse gemeenschap over het hoofd haal.
















 De weg gaat vandaag vooral door schaduwrijke bossen. Hier en daar zijn al kleine plantage van eucalyptus te zien, volgens mijn gids zouden wij morgen heel veel door soortgelijke plantages lopen. Maar vandaag zijn het vooral eiken en dennen die voor de schaduw zorgen. Wie dacht dat de laatste 50 kilometers plat zouden zo komt bedrogen uit. Geen meter plat is het hier. De weg gaat voortdurend op en neer en er zitten behoorlijk pittige stukken in. Bovendien is het weer heet, de zon schijnt onverbiddelijk en mijn buff moet mijn oren beschermen tegen verbranden.
















Ik kom nu meer en meer pelgrims tegen, waarvan er verschillende
vechten tegen de pijn aan de voeten. Gisteren en deze morgen zag ik in de herberg ook al heel veel omzwachtelde voeten, ingepakte tenen, Compeed verdient veel centen aan deze camino. De geur van zalfjes tegen de spierpijn en tendinitis hangt in alle kamers. Hoe mensen zich hier soms voortslepen is mij een raadsel. Elke dag zie ik hier mensen binnenvallen (bijna letterlijk), en volledig uitgeteld, niet meer de kracht en de moed om zich te wassen en als een blok in slaap vallend op hun bed. Niet goed voorbereid denk ik dan, maar zoveel kilometers had ik nu ook weer niet gestapt als voorbereiding, en weet je nog dat ik de week voor mijn vertrek nog nieuwe wandelschoenen moest kopen. Ik denk dat je ook wat geluk moet hebben, maar je kunt maar beter conditioneel in orde zijn.





























Rond 11 uur kom ik aan in Arzúa en zit mijn dag er al op. Ik check in in de albergue Via Lactea een toeristische albergue, dit had ik nog niet gedaan en ik wou het verschil wel eens ondervinden. De prijs is in ieder geval dezelfde als de meeste privé herbergen. Voor de rest is het grote verschil dat hier vooral mensen met bagagetransport verblijven, vooral groepen die de laatste 100 kilometers doen. En nu in het weekend veel groepen jongeren, als dat maar goed komt, maar je moet het allemaal eens meegemaakt hebben.
De jonge gasten zitten een verdieping hoger dan ik, dus dat valt goed mee.

 Deze avond eet ik pasta. Het is weer even geleden dat ik nog zelf gekookt heb. Ik maak een sausje op basis van 200 gr gehakt + 400 gr groenten uit de diepvriezer en een doosje tomatenpuree. Veel te veel voor mij alleen dus nodig ik iemand uit om met me mee te eten. Een Duitse vrouw, uit de omgeving van Keulen, komt als eerste de keuken binnen en zij hapt direct toe. Zij is de camino gestart in Pamplona en heeft een rotjaar achter de rug, man, en ouders verloren. Wij praten uitvoerig over het waarom wij op weg zijn en over zoveel andere dingen. Weet je, eten delen, gesprekken delen, je wordt er een stuk rijker van.

Om 19u30 is er eucharistieviering in de parochiekerk. Ik blijf zitten en volg zo goed en zo kwaad mogelijk, de Spaanse taal is voor mij toch niet zo evident (hoor ik hier een uitdaging?). De kerk zit stampvol, zeker 150 mensen, die samen vieren. Op het einde zegent de priester de aanwezige pelgrims. Tot zeker een half uur na de mis staan de mensen buiten aan de kerk met mekaar te praten. Hier leeft een (h)echte parochiegemeenschap. Geert, niet jaloers zijn.





Ik kreeg deze week nog enkele vragen voor intenties vanuit het thuisland. Vandaag waren mijn gedachten  bij jullie.

De twee volgende dagen zullen waarschijnlijk voorbij vliegen. Ik hoop dat ik ze ten volle kan beleven. Ik kreeg de laatste dagen een hoop miserie en onbegrip uit Vilvoorde over mijn hoofd waardoor ik mijn hoofd niet meer leeg krijg. Spijtig! Want de intrede in Santiago wil ik ten volle beleven, wat er ook gebeure!

4 opmerkingen:

  1. Niet op de kop laten zitten ! Geniet er van !!

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Jan,
    Geniet vooral van je intrede in Santiago!!! Vilvoorde is toekomstmuziek, laat ze maar ratelen! Wat wij je van hier wensen, is vooral een ingetogen, vredige, vreugdevolle en blije binnenkomst in Santiago. 100 dagen heb je er naar uitgekeken (en wij meegelezen) en nu is het bijna zover, nu is één ding belangrijk: genieten van je 'intrede'! We horen (en zien) mekaar wel ter gepasten tijde in je (onze) thuisstad Vilvoorde.
    Rosaline en Lucien

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Geert Aelbrecht28 juni 2015 om 10:12

    Ik ben niet jaloers, Jan.Het is hier weliswaar niet altijd je-dat. Maar waar is het dat wel? En als ik vergelijk met sommige andere plaatsen in ons vicariaat, wil ik nog niet klagen. En met het buitenland wil ik helemaal geen vergelijking maken, want dat is natuurlijk grenzeloos en dan is er heel wat anders te vinden. Laat Vilvoorde nog maar voor wat het is; dat komt later wel. Geniet eerst van de laatste kilometers en de blijde intocht !!

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Beste Jan , ik wens je nu al een gemeende proficiat voor je enorme inzet en prestatie om zo een tocht tot een goed einde te brengen ! Geniet van je laatste tochten en kilometers richting Santiago en genieten maar zou ik zeggen ! Good Luck ! Groeten van ons Marc & Andrea

    BeantwoordenVerwijderen